Ik zou willen dat de sportvisserij in ons land net zo groot was en net zo serieus genomen werd als in bijvoorbeeld de Verenigde Staten. Of voor mijn part Frankrijk. Daar denk je wel twee keer na voordat je iets tegen sportvisserij te berde brengt. Daar wordt je als Partij voor de Dieren gewoon weggehoond of je krijgt een klap voor je kanis. Dat laatste is natuurlijk niet goed maar ach…
Nu is er weer een waterskischool die ons dwars zit. Niks tegen waterskiën hoor maar doe dat ergens waar je anderen niet tot last bent. In Frankrijk graven ze gewoon een sleuf langs de tolweg. Schans erin en skiën maar. Hier moet het zo nodig in één van de topviswateren van de regio, waar bovendien lange afstandzwemmers graag trainen en waarin ook nog een paar woonarken liggen. Het vervelende is dat het recreatieschap waarbinnen het water ligt er wel brood in ziet. Letterlijk wel te verstaan. Sinds de recreatieschappen zelf hun broek moeten op houden, heb ik al meer vreemde zaken langs zien komen. Mensen uit de dienstverlenende sector gaan ineens ondernemen. De een zet slagbomen neer en gaat parkeergeld heffen, de ander vraagt € 5.000,- voor een half jaar pacht van twee hectare visrechten en de derde haalt een waterskischool binnen.
Dinsdagavond praat ik met de beroepsvisser en de belangenvereniging van bewoners in het gebied. We zitten in een woonark. Twintig jaar geleden viste ik hier veel. Vanuit de ark zie ik de plek waar ik toen mijn grootste karper uit dit water ving. In hagel en sneeuw, in het donker, eind november. Een lange spiegel van 31 pond. Opruimen 's ochtends was een kwelling want het vroor dat het kraakte en al het metaal was steenkoud. Maar ik dwaal af.
Na een uurtje worden de te nemen acties duidelijk. We moeten onze gezamenlijke contacten bij het Hoogheemraadschap, het recreatieschap en de lokale politiek aanwenden om de vinger aan de pols te houden, te lobbyen en indien nodig - wanneer de instanties de benodigde vergunningen toch zouden willen verstrekken - tegengas te geven. Ontzettend handig dat we overal mensen kennen dus.
Kenniscentrum Het is fijn dat mensen je organisatie als kenniscentrum voor vis en visserij zien maar dat leidt er wel toe dat ze je geregeld informatie over die dingen vragen. De gemeente Zeewolde is bezig de effecten van verschillende typen oevers op flora en fauna op een rijtje te zetten. Op die manier kunnen ze beter bepalen hoe ze oevers van verschillende wateren het beste kunnen inrichten. Nu vragen ze mij om aan te geven wat de diverse vissoorten van de diverse soorten oevers vinden. Prima natuurlijk dat ze daarmee rekening willen houden dus dat ga ik voor ze bij elkaar zoeken. De gemeente Ede wil een stukje in de krant plaatsen over de nieuwe visrechtensituatie daar. Het stadswater is vanaf 2010 in de federatieve lijst ingebracht maar als je daar een niet-visser over laat schrijven, komen er vaak rare dingen op papier. Dat ziet gemeenteman Koen Claassen zelf ook al dus hij vraagt mij of ik dat kan regelen. Natuurlijk.
Snel succes Het is tijd om de voerstek op het grote water te proberen. Even voor donker hobbel ik met mijn bagagekarretje over het pad naar de stek. Het is een prachtige najaarsavond. Heftig licht en donkere buien in de verte. Verdorde rietvelden, fantastische vergezichten. Onder water stel ik me groepen karpers voor die zich met de invallende koude richting de beschutte havens bewegen en hun wintervet aanvullen nu het nog kan. Ik moet opschieten want die buien komen rap mijn kant op. Eerst wat boilies erin, dan de hengels er achter aan. Ik sta nog met mijn shelter tegen de wind te vechten als ik mijn linkertop krom zie trekken en een langgerekte pieptoon hoor. Ik laat mijn half in elkaar gezette onderkomen vallen en grijp de hengel. Dat gaat goed! Na een paar minuten heb ik de vis aan de kant. Hij is groter dan ik dacht, toch nog 11 kilo.
Het is snel donker. Ik zit buitengewoon lekker op deze plek. Ver weg van alle andere vissers, onzichtbaar voor de buitenwereld weggedoken tussen het riet. Er vliegt een uil vlak voor me langs. In de verte knipperen rode en groene lichtjes van boeien. Na een paar buien klaart het op en wordt het fris. De wind draait naar het westen. Het water voor me wordt helemaal vlak. Misschien ongunstig maar als er vis op de voerstek ligt, zou ik toch nog wel een beet moeten kunnen krijgen. Na middernacht blijkt dat ijdele hoop. Met die ene vis moet ik het vandaag doen.
Richard van den Bos