Ik werk in een kaasfabriek. Wij, de agrarische (neven-)sectoren, hebben recent aan den lijve ondervonden dat de klimaatmaatregelen grote gevolgen kunnen hebben voor je dagelijks leven. Mensen in de transportwereld, de bouw en eigenlijk in elke beroepssector maken het ook mee. De aarde warmt op. We hebben dit laten gebeuren ten faveure van onze welvaart. Nu moeten we onder toeziend oog van de omliggende naties ons verlies nemen en ons onderwerpen aan allerlei impopulaire maatregelen. Ik baal ervan, maar zie het ook als de prijs die we moeten betalen voor onze welvaart. Maar wat heeft dit nu te maken met vissen, hoor ik u denken?
Wij als sportvissers zijn veel in de natuur. De directe gevolgen van de klimaatverandering zien we aan vissterfte en droge sloten in de zomer, aan overdadige plantengroei, aan minder vaak ijs op de sloten, aan veranderende visbestanden aan zee.
Naast de CO2-uitstoot, stikstof en PFAS hebben we ook te maken met de plastic soep. De effecten hiervan zien we ook aan de vervuiling van onze wateren, oevers, en bijvoorbeeld de verpakkingen van onze nieuw verworven visspulletjes.
Blisters om elk apart stuk kunstaas, tangetje of schaartje, om losse hengelsteuntjes, voerkorfsysteem, hoezen om elk apart verpakt visnet of hengeldeel. Waren we 10 jaar geleden nou zoveel slechter af met losse, in papier verpakte spullen in een plastic draagtasje dat je nog een paar keer kon hergebruiken?
We reizen stad en land af naar mooie stekken, vliegen naar exotische visbestemmingen, rijden individueel naar onze stekken om samen een wedstrijd te vissen, en lang niet allemaal in een door elektriciteit aangedreven voertuig. Kortom, we vervuilen zelf als hengelaar behoorlijk mee in deze wereld. Moeten we daar dan mee stoppen? Nee, alsjeblieft niet. Je kunt naast het bijdragen aan de vervuiling, ook bijdragen aan het verminderen daarvan. Duurzaamheid heet dat.
Ik heb afgelopen najaar een reisje gemaakt naar Noorwegen. Met de familie. Maar tevens om her en der een visje te verschalken. Aan zee is werkelijk overal vis te vangen, en soms van ongekende schoonheid ( zie de lipvis bovenaan). Maar ja, tussen de rotsen verspeel je nogal eens wat. Ik heb een tijd geleden een kennismakingspakketje met loodvrije producten gekregen. Deze vakantie leek mij een uitgelezen moment om daar eens gebruik van te maken.
Ik had diverse metalen werpgewichten, ijzeren hulsjes volgegoten met cement, stenen met ingedraaide wartels en tungsten loodkopjes meegenomen. Ik had bijna niks mee terug naar huis... De stenen eisten hun tol, maar ik had er toch een wat beter gevoel bij dat ik geen kilo's lood had achter gelaten. Maar wat moeten we met al dat lood in onze viskoffers, kunstaasdozen en met al die voorraden in de winkels en groothandels? Leuk dat we streven naar loodvrij in de nabije toekomst, maar die 100-den euro's aan pilkertjes, loodkopjes en arlesey bombs uit mijn collectie, en uit ieder anders collectie, moeten ook nog ergens heen.
Een mooie ontwikkeling vind ik dat een bekende visvijver-exploitant zijn hele assortiment aan het omschakelen is naar loodvrij. Te beginnen met zijn huurhengels. En af en toe vissen ze alle verloren spullen op met een magneet. Zó kun je inderdaad een verschil maken. Begin klein, begin bij jezelf en bij je eigen invloedssfeer. Hoe de hengelsportwinkeliers en groothandels van hun lood af moeten komen, moeten ze in de branche maar uitvechten. Wij, de individuele vissers, kunnen wel wat veranderen. Loodvrije gewichten en kunstaasjes, wat vaker met zijn 2-en in de auto, ruim je rommel op als je aan het vissen bent en neem de spullen mee naar huis. Wellicht kun je zelfs nog wat afval scheiden van wat je meeneemt. Een leuke challenge is om elke keer dat je gaat vissen, 3 stuks zwerfvuil mee te nemen naar huis. Meer mag ook.
P.s. Ook duurzaam is de HVZ Hengelsportbeurs. Je kunt er je in onbruik geraakte spullen brengen waar een ander weer heel blij mee is. Zet maar vast in je agenda: zondag 23 februari 2020 in Sporthal Zaanstad Zuid ( bron HVZ-site)
Peter van der Heijdt